veel voorkomende italiaanse muziektermen

Veel voorkomende Italiaanse muziektermen

Hieronder vind je een overzicht van veelvoorkomende Italiaanse muziektermen en hun betekenis:


Tempo aanduidingen:

De snelheid waarmee de noten van een muziekstuk moeten worden uitgevoerd. Sinds 1600 is als uitgangspunt gekozen de hartslag van een normaal mens (ongeveer 80 slagen per minuut, dit is het basistempo 'Andante')

  1. Adagio - Langzaam
  2. Andante - Gematigd tempo
  3. Allegro - Snel en levendig
  4. Largo - Traag
  5. Lento - Langzaam
  6. Moderato - Gematigd tempo
  7. Presto - Snel
  8. Vivace - Levendig
  9. Accelerando - Geleidelijk sneller worden
  10. Rallentando - Geleidelijk langzamer worden
  11. Ritardando - Geleidelijk langzamer worden
  12. Allargando - Langzamer en breder worden
  13. Mosso - Beweeglijk
  14. Piu mosso - Sneller


Dynamiek (sterk/zacht):

  1. Forte - Sterk
  2. Fortissimo - Zeer sterk
  3. Piano - Zacht
  4. Pianissimo - Zeer zacht
  5. Crescendo - Geleidelijk luider worden
  6. Decrescendo - Geleidelijk zachter worden
  7. Sforzando - Nadrukkelijk spelen
  8. Marcato - Nadrukkelijk spelen
  9. Legato - Vloeiend en verbonden spelen
  10. Staccato - Kort en scherp spelen
  11. Tenuto - De volledige waarde van een noot aanhouden
  12. Dolce - Zoet
  13. Maestoso - Majestueus
  14. Con brio - Met vuur en energie
  15. Con fuoco - Met vuur
  16. Con moto - Met beweging
  17. Con spirito - Met spirit
  18. Con grazia - Met gratie
  19. Lusingando - Flatterend
  20. Pesante - Zwaar
  21. Espressivo - Expressief
  22. Dolente - Droevig
  23. Feroce - Wild en woest
  24. Furioso - Woedend
  25. Misterioso - Mysterieus
  26. Tacet - Stilte

Overige termen:

  1. Cantabile - zangerig
  2. Giocoso - Speels
  3. Grazioso - Sierlijk
  4. Molto - Zeer, veel
  5. Prestissimo - Zeer snel
  6. Rubato - Vrijheid in tempo
  7. Scherzando - Speels
  8. Tranquillo - Rustig
  9. Ad libitum - Naar keuze
  10. Affettuoso - Innig
  11. Agitato - Geagiteerd
  12. Amabile - Liefelijk
  13. Animato - Geanimeerd
  14. Assai - Zeer, veel
  15. Ben marcato - Nadrukkelijk
  16. Bravura - Heldhaftig
  17. Calando - Langzamer en zachter worden
  18. Capriccioso - Grillig
  19. Coda - Slotstuk
  20. Con anima - Met ziel
  21. Con dolore - Met pijn
  22. Con tenerezza - Met tederheid
  23. Energico - Energiek
  24. Legato staccato - Verbonden en kort
  25. Ma non troppo - Niet te veel
  26. Poco a poco - Beetje bij beetje
  27. Marcato staccato - Nadrukkelijk en kort
  28. Morendo - Stervend
  29. Molto rallentando - Zeer vertragen
  30. Piu lento - Langzamer
  31. Più vivo - Levendiger
  32. Poco a poco - Beetje bij beetje
  33. Semplice - Simpel
  34. Sostenuto - Sustaining
  35. Sotto voce - Zachtjes
  36. Subito - Plotseling
  37. Tacet - Stilte
  38. Un poco - Een beetje
  39. Velocissimo - Zeer snel
  40. Vibrato - Trillende toon
  41. Virtuoso - Virtuoos
  42. Vivacissimo - Zeer levendig
  43. Volante - Vliegend
  44. Volta - Keer terug
  45. Allegra - Vrolijk
  46. Andantino - Iets sneller dan andante
  47. Cantando - Zangerig spelen
  48. Con moto moderato - Met gematigd tempo en beweging
  49. Grazie - Bedankt
  50. Leggiero - Licht en sierlijk
  51. Loco - Speel op de normale positie van de noot
  52. Mesto - Treurig
  53. Piangendo - Huilend
  54. Più mosso possibile - Zo snel mogelijk
  55. Sostenuto pedal - Sustainpedaal
  56. Tacit - Stil
  57. Tasto solo - Speel alleen met de toetsen, zonder pedaal
  58. Tremolando - Trillende noten
  59. Triste - Droevig
  60. Vivo con fuoco - Levendig en met vuur

Door het leren van deze veelvoorkomende Italiaanse muziektermen, kun je gemakkelijker muziekstukken spelen en begrijpen. Het is ook handig om te weten hoe je de juiste emotie en sfeer kunt overbrengen tijdens het spelen. Dus als je serieus bent over het spelen van muziek, is het de moeite waard om deze termen te leren en te integreren in je muzikale vocabulaire.

Reactie plaatsen